Nieuw Reglement Gerechtshoven Civiel

Hans Bousie
31 aug 2016

Advocaten in Nederland in rep en roer. Het zal de gemiddelde burger in Nederland volstrekt worst zijn, maar met ingang van 1 september is er een nieuw “Landelijk procesreglement voor civiele dagvaardingszaken bij de Gerechtshoven” van toepassing. Dat betekent voor advocaten die veel procederen (veel advocaten procederen nooit of nauwelijks, zij adviseren slechts) oppassen geblazen.

Reglement Gerechtshoven

Immers, in dit reglement worden de spelregels vastgelegd voor advocaten die procederen in hoger beroep. Wanneer moet je stukken indienen? Hoe zit het met de bijlagen? Kun je pleidooi aanvragen en zo ja, hoe lang mag je dan pleiten? Je kunt je voorstellen dat een reglement opgesteld voor juristen en door juristen niet op één A4-tje past. En inderdaad is het een kloek pak papier geworden, het reglement telt maar liefst 30 pagina’s.

Voor advocaten is vooral van belang om niet hun grootste nachtmerrie werkelijkheid te laten worden. En wat is onze grootste nachtmerrie? Het missen van een termijn. Als je een termijn mist dan kun je je cliënt lelijk beschadigen. Immers, dan voer je bijvoorbeeld geen verweer tegen stellingen van de andere partij. Of je mag opeens niet meer pleiten. Of het Hof besluit onder omstandigheden dan maar helemaal geen arrest te wijzen. Wee de advocaat die een termijn mist, die mag zijn verzekeraar gaan bellen.

Het is dus zaak als advocaat je administratie goed op orde te hebben. Dat heet bij ons de roladministratie, kortweg “De rol”. Op die rol kun je lezen of je aan de beurt bent een handeling te verrichten, of de wederpartij een bijzondere wending in de procedure heeft gekozen en ook – en vooral – wanneer het het Gerechtshof behaagt uitspraak te doen in jouw zaak.

Over dat laatste is nogal eens wat te doen. Wie heeft er niet in de krant gelezen dat de Hoven zuchten onder een grote werkdruk. Dat betekent in onze praktijk dat het wel eens een jaar duurt voordat je een arrest krijgt. U kunt zich voorstellen dat dat voor advocaten, maar vooral voor hun cliënten, tot de nodige ergernis kan leiden.

Tot voor kort stond het elk Hof vrij om zichzelf net zo vaak uitstel te geven (dat heet bij het Hof geen uitstel maar aanhouding, dat ziet er wat minder traag uit denk ik) als het beliefde. In het reglement stond immers geen enkele instructie opgenomen aan het Hof welke termijn ze in acht diende te nemen voor het doen van een uitspraak.

Wel, dat is in het nieuwe reglement anders. Er is een nieuw artikel 5.6. dat zegt:

Termijn arrest

De termijn voor het wijzen van een arrest bedraagt tien weken en in kort geding zes weken. De termijn voor het wijzen van een arrest in een incident bedraagt zes weken. Een arrest kan ook bij vervroeging worden uitgesproken, tenzij beide partijen hiertegen bezwaar maken. Een verstekarrest kan niet bij vervroeging worden uitgesproken.

Zoals u ziet lijkt het Hof het zichzelf moeilijk te maken. Opeens moet ze zich aan een termijn van 10 of 6 weken houden. Binnen ons kantoor hebben wij enige discussie gevoerd of we 5.6. inderdaad zo moeten lezen. Na rijp beraad kwamen wij tot de conclusie dat het Reglement strikt genomen niet voorziet in een mogelijk uitstel voor het Hof zelf. Einde oefening dus voor het Hof voortaan? Haast maken?

Nee hoor, er is nog een artikel, een gouden artikel 1.14 voor het Hof en dat luidt als volgt:

Gevallen waarin dit reglement niet voorziet

In alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist het hof. Bij de beslissing worden zoveel mogelijk de bepalingen van dit reglement in acht genomen.

Samenvattend betekent het nieuwe rolreglement dat advocaten harder moeten gaan lopen en het de Hoven vrij staat hun eigen tijd in te delen. Het is oneerlijk verdeeld in de wereld.

 

Hans Bousie

Naar
boven